Naald (van) deur e.d. 0000.0011

 

        Literatuur

- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 19973e druk, sterk uitgebreid [644 blz. ISBN 90.74310.33.8]. Hierin "Naald": blz. 324

- Doorne, Geert Van (red.), Deuren & poorten. Zeven eeuwen techniek en esthetiek. Gent (Dienst Monumentenzorg en Stadsarcheologie), 1995. [152 blz. ISBN -]. Hierin, onder 15e en 16e eeuw, "Versierde naalden": blz. 52 (naald bevestigd op de slapende vleugel, zodat de werkende vleugel niet te ver naar buiten kon draaien. Aan de bovenzijde sloeg de slapende vleugel meestal tegen het metselwerk aan, aan de onderzijde tegen een uitstekende steen in de bestrating of dorpel; later werd dit een ijzeren dook. "Meestal was er geen binnennaald omdat het ingelaten en opgebouwde sluitwerk dit verhinderde")